Kropswolde

Documenten hebben aangetoond dat hier in 1350 al een kerk stond. De huidige kerk is van 1778.

Over dit gebouw

Na de sloop van de vrijstaande middeleeuwse toren in 1888 is een nieuwe tegen de kerk aangebouwd. In de kerk is een fraaie preekstoel met empire-motieven uit de 18e eeuw, overgebracht uit de afgebroken kerk van Weiwerd. De naam Kropswolde zou afstammen van het landgoed van de geromaniseerde Fries Cruptorix. Via Crepeswolde wordt dit uiteindelijk Kropswolde (krop: verhoging in het landschap; wolde verwijst naar de wouden) Tegenwoordig wordt de kerk gebruikt voor huwelijksplechtigheden en rouwdiensten. Daarnaast zijn er zang- en muziekuitvoeringen en diverse exposities. Orgel: Het orgel is in 1969 gebouwd door de firma Ernst Leeflang voor de aula van de Chr. Pedagogische Academie Nijenborg te Groningen. In 1991 werd het orgel overgeplaatst naar de kerk van Kropswolde en werd de Kromhoorn op het nevenwerk vervangen door de dulciaan. Het orgel heeft twee manualen en een pedaal met totaal 9 stemmen verdeeld over hoofdwerk 4, nevenwerk 4 en pedaal 1 stem. De kas is van blank eiken en de versiering van het front is ontworpen door dhr. E.E. Meek uit Apeldoorn, oud leraar tekenen aan de academie.

Other nearby buildings

Koepelkerk

In 1653 kreeg stadsbouwmeester Coenraed Roelfs de opdracht tot het bouwen van een kerk in Sappemeer. Het werd een achtkantige kerk met een koperen koepeldak. In 1791 werd het vervallen koepeldak vervangen door een zadeldak in de vorm van een Grieks kruis.

De Amshoff

Een mooi, besloten gelegen gebouw, deze van oorsprong veenkoloniale kerk uit de 19e eeuw met achtkantige dakruiter. Het wapen van de stad is terug te vinden in de windvaan op de dakruiter. In 1754 dienden de 800 inwoners van het plaatsje Windeweer bij de gemeente Groningen een verzoek in tot een eigen kerk met predikant. Hun verzoek werd vrijwel direct ingewilligd en in 1755 gaf de stad Groningen opdracht om deze veenkoloniale kerk met pastorie te bouwen.

Kerk Harkstede

In 1700 kwam in Harkstede een kerkgebouw gereed die opviel door zijn sterk historiserende karakter en bovendien door de enorme, overwelfde grafkelders onder de gehele kerkvloer. De oprichters Henric Piccardt en Anna Elisabeth Rengers kozen voor een welhaast middeleeuwse uitstraling in een postreformatorische tijd. Maar vooral kozen ze voor een blijvende herinnering aan zichzelf. Ook na de overdracht blijft de kerkelijke functie van het gebouw in ere.